Hoog gras is verleidelijk voor honden. Ze lopen er graag in rond en dat is natuurlijk een mooi gezicht. Toch moet je oppassen met hoog, wild gras. Het bevat namelijk grasaren. Grasaren (ook wel kruipers genoemd) bestaan uit zaden en een soort weerhaakjes. Als een hond in het hoge gras loopt en speelt, breken de grasaren van het gras af en hechten ze zich vast aan de hond. In het beste geval blijft een grasaar gewoon in de vacht hangen, maar het kan ook diep in de huid dringen.
Waar komen aren het vaakst terecht?
Grasaren kunnen zich op verschillende plaatsen vasthechten en verschillende soorten ongemakken veroorzaken bij je hond.
- In het oor, waardoor een oorontsteking kan ontstaan. In sommige gevallen dringen aren helemaal door het trommelvlies heen.
- In de huid: vaak tussen de tenen, maar ook op andere plekken van het lichaam.
- In het oog: via het ooglid kunnen grasaren achter de oogbol terechtkomen. Dat veroorzaakt in sommige gevallen ernstige beschadigingen en ontstekingen.
- In de keelholte of slokdarm: door te slikken blijft het grasaar hier soms steken.
- In de neusgaten, waardoor het neusgat wordt beschadigd of er een ernstige neusontsteking ontstaat. Het zou kunnen dat je hond bloed niest.
Tekenen die wijzen op grasaren bij honden
Er zijn heel wat symptomen die mogelijk wijzen op grasaren bij honden. Afhankelijk van waar het grashaar zich bevindt, zie je de volgende tekenen terugkomen:
- In het oor: je hond schudt vaak met z’n kop, houdt z’n kop scheef of krabt aan z’n oren. Soms jankt hij ook bij het krabben, wat wijst op pijn.
- Tussen de tenen: je hond mankt en/of likt veel tussen z’n tenen. Als je een klein gaatje ziet, kan het zijn dat er een grasaar in zit. Ontstaat er geen ontsteking? Dan heeft de hond het waarschijnlijk al weggelikt. Als er toch een ontsteking optreedt, moet de dierenarts op zoek gaan naar het eventuele grasaar.
- In het oog: tranende ogen kunnen wijzen op een grasaar. Ook als je hond in z’n ogen wrijft, is dat een teken. Soms is het aar nog zichtbaar, maar meestal verdwijnt het snel achter het oog door te knipperen.
- In de neus: je hond niest veel of wrijft met z’n poot over z’n neus.
- In de keel: als je hond vaak hoest, kan dat wijzen op een grasaar.
Je hond controleren
Het hoeft natuurlijk niet zo ver te komen. Door graseren vroegtijdig te detecteren, bespaar je je hond heel wat ongemakken. Hoe je dat doet? Heel eenvoudig! Controleer na elke wandeling allle mogelijke plekken waar grasaren zich kunnen hechten. Zo ben je er altijd vroeg bij.