De meeste honden vinden sneeuw ge-wel-dig! Heerlijk door dat mysterieuze witte spul ploeteren, achter sneeuwballen aanhollen, samen met hun baasje een leuke winterwandeling maken, … Staat jouw hond ook al meteen te popelen om in de sneeuw te gaan ravotten bij de eerste sneeuwvlokjes? Neem zeker de nodige voorzorgen voor je met hem naar buiten trekt. Met deze tips help je je hond om veilig en gezond de sneeuw te trotseren.
AANGEPASTE KLEDIJ
Niet alle honden verdragen hondenschoentjes, maar als het vriest of sneeuwt, zijn ze wel het overwegen waard. Heeft je hond een korte vacht? Trek hem dan zeker een hondenjas aan. Hou er ook rekening mee dat het in de winter vroeg donker wordt. Een reflecterende halsband, veiligheidshesje (zowel voor jou als je hond) en/of een knipperlichtje zijn dan geen overbodige luxe.
VASELINE
Smeer de kussentjes en de ruimte tussen de tenen van je hond goed in met vaseline. De vaseline creëert een beschermend laagje en helpt om ijsklompjes tussen de tenen en gekloofde voetzooltjes te voorkomen. Neem de vaseline eventueel mee om tijdens het wandelen wat bij te smeren indien nodig, maar weet dat te vaak insmeren niet goed is. Je hond kan dan last krijgen van zogenaamde ‘zachte’ pootjes.
LAAT JE HOND GEEN SNEEUW ETEN
De meeste honden doen niets liever dan sneeuw happen, maar probeer toch om je hond er zo veel mogelijk van te weerhouden. Sneeuw en ijs kunnen je hond misselijk maken, met overgeven, diarree en soms zelfs een levensgevaarlijke maagkanteling tot gevolg.
EERSTE HULP BIJ ONDERKOELING
Let erop dat je hond niet onderkoeld raakt. Onderkoelingsverschijnselen zijn:
- rillen
- in zichzelf gekeerd zijn
- moeilijk ademhalen
- zwakke hartslag
Vertoont je hond symptomen van onderkoeling? Breng hem dan onmiddellijk weer naar binnen en wikkel hem in een deken (eventueel met een warmwaterkruik erin). Geef je hond iets warms te drinken en wat suiker om weer op krachten te komen. Contacteer je dierenarts als de symptomen blijven aanhouden.
BIJ HET THUISKOMEN
Laat je hond zichzelf niet droog likken, maar spoel en droog hem zelf af. Door de sneeuw kan zijn vacht namelijk vol giftige pekel en strooizout zitten. Besteed bijzondere aandacht aan de poten en oren, maar wrijf niet te hard met de handdoek (want zo ontstaan ‘winterpootjes’ en ‘winteroortjes’).